We zijn allen oneindig, maar we doen beperkt

Wo 2 Augustus 2006 13:42 | Innercircle | 2196 keer bekeken | 0 reacties | 0 x aanbevolen | Artikel voorlezen
Voorbij de dood’ staat vooral voor ‘voorbij het beperkte denken’. Want dat is het grote probleem van deze huidige tijd: we denken in een te strak kader, waardoor we onszelf beperken en onze huidige problemen hebben. We zijn gehandicapt in onze manier van denken, maar we zijn het ons niet bewust.

Op fysiek, intellectueel en technologisch gebied heeft de mensheid de afgelopen eeuw enorme sprongen gemaakt. Kijk eens naar het verschil tussen de T-Ford uit 1920 en de huidige auto’s. En op dit moment zweven ongetwijfeld astronauten ergens in de ruimte.

Het gedachtegoed over leven en dood is de laatste honderd jaar echter niet of nauwelijks veranderd. Wat dit betreft rijden we zogezegd nog steeds in die T-Ford. We hebben het natuurlijk wel over het gedachtegoed van de gevestigde orde, want aan de rand van de maatschappij is er wel veel gebeurd. En zoals iedereen weet, komt een omwenteling nooit vanuit de gevestigde orde. Logisch, want haar macht en invloed is gegrondvest op dat bestaande gedachtegoed.

Ook onze denkbeelden over welzijn en leven zijn nog altijd te vergelijken met die mooie auto uit de jaren 20 van de vorige eeuw. We denken en kijken nog altijd beperkt. Daarom komen we ook niet structureel uit onze problemen. De oplossingen zijn steeds ‘meer van hetzelfde’.

Want ons intellect is slechts een instrument. Jammer genoeg aangestuurd door een beperkt bewustzijn. Gaan we ruimer kijken en denken, dan kunnen we het instrument ‘intellect’ veel creatiever aanspreken. Er is niets mis met ons intellect. Het is ons bewustzijn dat nu tekort schiet, waardoor we de dingen blijven zien zoals we ze willen zien. We zijn gehandicapt, maar we zijn het ons niet bewust.

Is het niet vreemd dat we nog steeds moeten glimlachen om de tijdsgenoten van Columbus die dachten dat je van de Aarde kon afvallen? En dat Galilei op de brandstapel kon belanden omdat hij beweerde dat de Aarde niet het centrum van het Universum is.

Dit is vreemd, omdat we deze beperkte en antropocentrische visie nog steeds hebben. De denkfout is dat we denken dat het om mensen gaat. Maar het draait niet om mensen, maar om bewustzijn. De film die wij willen maken en die in deze synopsis wordt beschreven gaat dan ook over dat bewustzijn.

Stel dat we ons beperkte lichaamsdenken zouden kunnen loslaten.

Zou dan de weg naar nieuwe werelden niet opengesteld worden? Net als voor Columbus, alleen nu op spiritueel gebied. In onze beperkte denkwereld zit opgesloten dat we het energielichaam niet tot onze werkelijkheid rekenen. Daarom denken we dat er na de dood (van het lichaam) niets meer is. Maar als je lichaam slechts het fysieke gedeelte van jouw werkelijkheid was, leeft jouw energie (bewustzijn) dan niet gewoon door?

Zo verder redenerend ben je onsterfelijk en af en toe heb je dan gewoon een ander lichaam. Dan heb je al duizenden levens achter de rug en ben je al heel lang onderweg. Onderweg om te leren, om geestelijk te groeien, met als doel om onwetendheid om te zetten in inzicht. Om onbewustheid om te zetten in bewustheid en bewustzijn.

Waarom is het nu voor velen zo moeilijk om die stap te zetten?

Een belangrijke oorzaak ligt ongetwijfeld gelegen in het feit dat ieder van ons altijd zijn eigen gelijk bewijst. Met andere woorden, we zien wat we wíllen zien. Als u vindt dat president Bush een goede president is, dan ziet en benadrukt u vooral de dingen die dat bewijzen. Een andere reden is dat het ons ook niet geléérd wordt in onze opvoeding. Namelijk, om vanuit een neutrale, zelfontdekkende manier naar existentiële vragen te kijken. De oude dogma’s van de kerk hebben lange tijd onze ideeën over hemel en hel voor ons ingekleurd.

Tevens, alles wat je aandacht geeft groeit. Dus ook omgekeerd. Alles wat je niet interessant vindt, krijgt geen kans om te groeien. Vandaar ook zo vaak de reactie ‘ja, maar, als reïncarnatie een werkelijkheid is, waarom weet en hoor ik er dan zo weinig van?’. Het antwoord is: ‘dat heeft met uw gerichtheid te maken’. U was niet gericht op het verkrijgen van die informatie en dan kan het u ook niet ‘toevallen’. Het toeval vindt namelijk wel plaats als u wel die gerichtheid heeft. ‘Sta ik op die borrel en daar begint opeens iemand, zomaar uit het niets, tegen mij over reïncarnatie te praten, zó toevallig!’.

Een duidelijke andere reden waarom mensen zo moeilijk ‘groter’ kunnen denken, is dat ze niet zelden vastzitten in het 'lichaamsdenken', het zogeheten ‘vormleven’, waarmee het bewustzijn zich vereenzelvigd heeft. Zodoende is alleen werkelijkheid datgene wat we zien. 'Als u voorbij de horizon bent gevaren, bent u er niet meer'.

En dan is er natuurlijk de grote angst voor de dood. Men is bang voor het onverklaarbare, voor het onbekende, voor het grote geheim.

Men is bang om geliefden achter te laten, of om achtergelaten te worden. Of men is bang voor de laatste processen bij het intreden van de dood, doordat men een naar voorbeeld gezien heeft, of doordat men reageert vanuit vroegere, gewelddadige manieren van sterven die diep in het onderbewustzijn liggen opgeslagen. Waar de angst ook vandaan komt, zij weerhoudt ons ervan meer helder naar leven én dood te kijken.


Er is veel te winnen met een verruimd bewustzijn.

Op dit moment ontberen we nog steeds het inzicht hoe het wérkelijk in elkaar zit. Kijk maar naar alle problemen op deze planeet. Kijk naar het grote verschil tussen arm en rijk. We zeggen dat het een financieel, een economisch, een logistiek probleem is. Niets is minder waar, het is een diep spiritueel probleem. We zijn namelijk onbewust. Onbewust van het feit dat we allen één zijn, onbewust van het feit dat we allen hetzelfde zijn. De afgescheidenheid zit in ons beperkte denken. Als men werkelijk het bewustzijn heeft dat we allen één zijn, dat we – moeilijk als dat voor sommigen te begrijpen zal zijn - allen onsterfelijk zijn, dat ieder van ons alles al geweest is (man, vrouw, neger, blanke, moordenaar, monnik, jood, moslim, etc.), dan zouden we vandaag nog met alle ‘arme’ landen om de tafel gaan zitten en de zaak gaan oplossen. Want daar waar inzicht komt, ontstaat een wil. En waar een wil is, is een weg. En dan is niet alleen het grote verschil tussen arm en rijk uit de wereld, ook de problemen in het Midden-Oosten, in Rwanda, in Irak, in… in…

Per saldo hebben we als mensen maar één fundamentele opdracht, en dat is om groei te bewerkstelligen, geestelijke groei ofwel groei van bewustzijn, bewustwording van een grotere werkelijkheid. Met andere woorden om iets verder te komen, iets wijzer te worden, iets milder en vooral iets bewuster. Het leren en het groeien houdt nooit op. Er is altijd een groter bewustzijn.

Wij, hier op Aarde, zijn een prachtig bewustzijn in de dop. Nochtans verklaren we iedereen die vliegt, gek óf heilig. Spirituele denkers worden ‘zwevers’ genoemd, óf we maken sommige verlichte geesten zó ontzettend heilig dat ze onbereikbaar zijn. We beseffen nog steeds niet dat we het allemaal zelf zijn. Of we nu dood of levend zijn, we zijn het altijd en we kunnen het allemaal. We hoeven het ons alleen nog bewust te worden.

De grote omwenteling in de samenleving, de o zo nodige transformatie van ons denken zal worden ingezet door een bewustzijnsverruiming, en zoals al gesteld, deze start altijd aan de rand van de maatschappij.

Als ons project het inzicht en het bewustzijn kan vergroten en ook maar een minuscuul beetje kan bijdragen aan een betere wereld, theatraal als dit wellicht mag klinken, dan is voor ons dit project meer dan geslaagd.
Bron: Niburu/Staya Erusa